Herman; 18 november

Autorijden?

Stel, je hebt een baan in Apeldoorn en je moet wel eens naar Middelburg in Zeeland. 's Morgens op de heenweg ben je nog fit en de arbeidsvitaminen op de radio helpen je de tijd te verdrijven. Het auto rijden is dus nog wel leuk.

's Avonds echter, liggen de zaken anders. Je bent de gehele dag druk bezig geweest en bent nu doodop. Je rijdt met je auto weg en merkt dat het zeer moeilijk is om je op het autorijden te concentreren: De auto's rijden maar langs je heen en schijnen steeds met hun priemende koplampen in je ogen. Je bent dan ook blij als je heelhuids na een lange en moeizame tocht uit de auto stapt!

Het mag duidelijk zijn dat de hierboven beschreven manier van autogebruik niet ideaal is.

Laatst hoorde ik van een computersysteem voor de auto dat een stratenboek totaal overbodig maakte. Je vertelt de computer door middel van een toetsenbord waar je naar toe wilt, en de computer stippelt voor jou de kortste weg uit, en leidt jouw naar je doel door middel van kreten als "bij de volgende stoplichten linksaf".

Het bovenverhaalde probleem bracht me op het idee om de stratenboekcomputer uit te breiden tot een systeem wat de auto op grote (snel)wegen geheel uit zichzelf bestuurt. Een soort 'Night Rider Kit' dus.

Hoe had ik gedacht dit aan te pakken?

Voordat ik begin, merk ik op dat het tegenwoordig mogelijk is om zeer snel en nauwkeurig via de satelliet te bepalen op welke ...lengte of ...breedte men zit. De moderne scheepvaart maakt hier al geruime tijd gebruik van.

Nu weer terug naar ons autosysteem. Volgens bovenstaande methode wordt allereerst een plaatsbepaler in de auto geplaatst en aangesloten op een computer. Aan deze computer wordt vervolgens vertelt waar de grote (snel)wegen lopen. Dit alles gebeurt met behulp van het coòrdinatensysteem. Ook wordt de computer vertelt hoe breed deze (snel)wegen zijn en waar de witte doorgetrokken respectievelijk gestippelde lijnen lopen.

Als nu een autozitter (bestuurder is het goede woord niet meer) zijn auto naar een grote (snel)weg heeft gereden (dit dankzij de aanwijzingen van de stratenboekcomputer), dan zet hij zijn auto stil op een parkeerplaats en tikt op zijn computer in waar hij naar toe moet. De computer zoekt dan de kortste weg voor hem uit, en gaat rijden. Omdat zich mogelijk omleidingen op de gekozen weg kunnen voordoen, belt de computer automatisch naar een centrale toe om een goed beeld te krijgen van het op dat moment actuele wegennet. In deze moderne auto is immers standaard een autotelefoon aanwezig! (Ja toch?) Nadat eventuele wijzigingen in de te rijden route zijn doorgevoerd en er rekening is gehouden met werkzaamheden aande weg waardoor bepaalde weghelften niet bruikbaar zijn, gaat de auto op pad. Allereerst kijkt hij met zijn sensoren of er naast of achter hem stilstaande, dan wel rijdende auto's zijn. Daarmee rekening houdend, rijdt de computer de auto de weg op en vermeerdert zijn snelheid totdat een bepaalde maximumsnelheid is bereikt. Terwijl hij dat doet checkt hij of de witte stippellijn en de doorgetrokken witte lijn die zich aan weerszijden van de auto bevinden, waarvan hij een bepaalde vaste afstand van vandaan is, wel de coòrdinaten hebben die men hem heeft vertelt dat zij zouden hebben. Dit doet hij door telkens de coòrdinaten van de auto via de satelliet op te vragen. Mocht dit niet het geval zijn, stuurt de computer de auto op het goede pad. Ook is er aan boord van de auto een nauwkeurig kompas aanwezig, die een extra veiligheid geeft. De computer controleert namelijk ook of de auto wel in de juiste richting rijdt. Dat betekent dat de computer controleert of de auto wel die kant op rijdt waar hij naar toe zou moeten gaan. Mocht dit weer niet het geval zijn, corrigeert de auto zichzelf.

Zo na een tijdje, de auto ligt goed op koers met de juiste snelheid, ziet de autozitter dat er een oud dametje in een zeer ouderwetse DAF van voren komt aangesukkeld terwijl ze toch in dezelfde richting rijdt als de auto waarin hij zit. Wat doet de computer? De computer kijkt eerst weer of er auto's in de omtrek aanwezig zijn. Daarna, met de auto's rekening houdend en tevens checkend of er zich naast het DAFje wel ruimte is om in te halen, stuurt de computer de auto vakkundig op de hierboven beschreven manier van controleren en reageren, langs het oude dametje met het DAFje heen.

Omdat er zich op de grote (snel)wegen wel eens overstekend wild kan voordoen, wordt de auto standaard ook uitgerust met een systeem dat elke beweging en toestand op de autoweg registreert en analyseerd. Deze informatie wordt dan weer door gegeven aan de autorijdcomputer die op deze informatie adequaat reageert. De auto zal dan desgewenst remmen, vaartvermeerderen of uitwijken.

Na verloop van tijd komt de persoon via de grote (snel)wegen aan bij de stad waar hij naar toe moest. Nu wordt er weer overgeschakeld op handmatig stuurgedrag en via de wegenboekcomputer komt de persoon precies aan bij zijn eindbestemming ergens in de binnenstad van de plaats waar hij dan verzeild is geraakt.

Aldus is een systeem ontstaan waarmee het mogelijk is om in je eentje in een personenauto over de grote (snel)wegen te crossen zonder zelf te sturen.

Het is zelfs mogelijk om in de binnenstad een systeem te maken waardoor zonder handen rijden mogelijk wordt. Maar omdat de binnenstad specifieke problemen heeft, overstekende kinderen, stoplichten, agenten enzovoort, zijn vaakvoorkomende gevaren in de binnenstad, waag ik mij daar nog niet aan. Maar het is a priori niet onmogelijk om zo'n systeem ook compatibel voor de binnenstad te maken.

P.S. In het bovenstaand stuk wordt ervan uitgegaan dat hetmogelijk is om met apparaten als video, computers etc. de omgeving, in dit geval de snelweg, te analyseren. Dit is een goede aanname want het is inderdaad al mogelijk. In de praktijk wordt er bijvoorbeeld al met robots gewerkt die hun omgeving analyseren, (ze kijken of een bepaald sport blokje in hun omgeving staat) en naar de informatie die uit dit analyserend proces volgt adequaat handelen. (De robots pakken het blokje indien aanwezig en verplaatsen zichzelf indien afwezig.) Dit ter aanvulling van het hierboven vertelde.